Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Comptabiliteitswet 2001

 

Artikel 43
1
Onverminderd het anders bij wet bepaalde, hebben Onze Ministers de in de volgende leden vermelde bevoegdheden ten aanzien van:
a
rechtspersonen, commanditaire vennootschappen, vennootschappen onder firma en natuurlijke personen die een beroep of bedrijf uitoefenen aan wie door de Staat of een derde voor rekening of risico van de Staat rechtstreeks of middellijk een subsidie, een lening of garantie wordt verstrekt;
b
rechtspersonen, commanditaire vennootschappen, vennootschappen onder firma en natuurlijke personen die een beroep of bedrijf uitoefenen aan wie door de Raad van de Europese Unie, het Europees Parlement en de Raad gezamenlijk of de Commissie van de Europese Gemeenschappen op grond van een vastgesteld programma rechtstreeks of middellijk een subsidie wordt verstrekt;
c
rechtspersonen voor zover die een bij of krachtens de wet geregelde taak uitoefenen en daartoe geheel of gedeeltelijk worden bekostigd uit de opbrengst van bij of krachtens de wet ingestelde heffingen.
2
Van de in het eerste lid bedoelde rechtspersonen, vennootschappen en natuurlijke personen kunnen Onze Ministers kennis nemen van:
a
jaarrekeningen, jaarverslagen en de aan de jaarrekeningen en jaarverslagen toegevoegde overige gegevens;
b
verantwoordingen, gegevens en documenten die nodig zijn voor de definitieve vaststelling van de subsidie, lening of garantie;
c
verslagen van onderzoeken van accountants die de bescheiden, bedoeld onder a en b, hebben gecontroleerd.
3
Indien de bescheiden, bedoeld in het tweede lid, Onze Ministers daartoe aanleiding geven, of een of meer bescheiden ontbreken, zijn Onze Ministers bevoegd bij de betrokken rechtspersoon, vennootschap en natuurlijke persoon daarover nadere inlichtingen in te winnen dan wel inzage in ontbrekende bescheiden, documenten en andere informatiedragers te vorderen, alsmede, mede aan de hand van de administratie van de betrokken rechtspersoon, vennootschap of natuurlijke persoon dan wel bij de derde die de administratie in opdracht van de rechtspersoon, vennootschap of natuurlijke persoon voert, een onderzoek in te stellen. Artikel 87, eerste lid, is van overeenkomstige toepassing.
4
De artikelen 5:12, 5:13, 5:15 en 5:17, tweede en derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing ten aanzien van het gebruik van de bevoegdheden bedoeld in het derde lid.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •